Oorlog in Helpman

Om een gezicht te geven aan de miljoenen vermoorde mensen in de Tweede Wereldoorlog is informatie gezocht over slachtoffers in onze wijk Helpman. Hopelijk zet de informatie aan tot het verkrijgen van meer inzicht, zodat we niet in herhaling vallen. Onderstaande document bevat

A. Informatie over 14 wijkslachtoffers, 16 op Esserveld begraven geallieerde vliegers, Verzetsmonument Esserveld. Van sommige is veel informatie, van sommigen heel weinig. Opvallend is de veelzijdigheid van de verhalen.

B. Nooit meer oorlog? Hoe?

C. Gedicht

Aanvullingen? Opmerkingen? Van harte welkom!

Michiel Coesèl

G.Borgesiuslaan 209  050-5280707 michielcoesel@versatel.nl

 

1. Anda KERKHOVEN  (1919-1945)

Anda (Geb. Melisanda) Kerkhoven  (niet-Joods) was 20 jaar en studeerde  medicijnen toen de oorlog uitbrak. Al snel kwam ze geweldloos in opstand tegen de Duitse bezetters. Op 25 jarige leeftijd is zij door de Duitsers gearresteerd in haar woning aan de Ranitzstraat 3a in Helpman-west en na 5  maanden met zeer zware martelingen  -zonder iemand te verraden- om het leven gebracht in Haren. Anda wordt op diverse plekken herdacht oa in Academiegebouw RUG en Stadhuis.

                                            

Schilderij Anda Kerkhoven (Johan Dijkstra)                      Foto Anda 19 jaar

Anda was in 1938 in Groningen komen wonen, omdat zij in Groningen was vrijgesteld van het doen van dierproeven. Iets wat voor haar zeer belangrijk was als volledig-vegetariër. Zij was hiervoor vanuit Nederlands –Indië (Indonesië) geëmigreerd, omdat ze daar de vrijstelling niet kon krijgen aan de Universiteit. Zij had daar samen met haar ouders een groot deel van haar jeugd doorgebracht na eerst een aantal jaar al in Nederland naar school te zijn geweest. Haar vader beheerde een theeplantage en figureert in de roman “Heren van de thee” van Hella Haasse.

Anda offerde geregeld de helft van haar eigen bonkaart en zette dit zelfs nog voort, nadat ze beschikken kon over illegaal verkregen bonkaarten.  (Ook in Indië verdeelde zij haar zakgeld onder de koelies van wie zij vond dat die dat  meer nodig hadden   Welk ander mens ging vrijwillig op hongerrantsoen?)

Ze schrijft artikelen over Ethica en vermenigvuldigt ze op de schrijfmachine tot diep in de nacht. In 1942 komt zij bij de bekende geweldloze verzetsgroep “De Groot”. Naast het verspreiden van pamfletten en grote hoeveelheden kleding, voedsel, illegale voedselbonnen aan 50 onderduikers hielp ze verongelukte geallieerde piloten aan onderdak. Allemaal extreem gevaarlijk werk waarop bij ontdekking de doodstraf  stond. Een Nederlander in Duitse dienst, Karel Mans, deed zich voor als zo’n piloot en verried haar.

Anda werd in het beruchte Scholtenshuis aan de Grote Markt zwaar gemarteld  (breken van vingers, onderdompelen tot haast verstikking, verkrachtingen, slaag etc) en leed kou en honger gedurende twee maanden.  Hiervan zijn verslagen bijgehouden.  Voor meer informatie over Anda: Klik hier

2 Leo Polak († 61 jr)

De van de geboorte joodse Leo Polak woonde met zijn niet-joodse vrouw en kinderen op Van Houtenlaan 52 (nu is dat G. Borgesiuslaan 38). Hij deed niets met het joodse geloof en was Hoogleraar filosofie Universiteit Groningen, Vrijdenker èn humanist.

In Groningen was Leo Polak de motor achter het streven naar algemene academische vorming van alle studenten, als aanvulling op de vakstudies. Leo Polak was behalve als wetenschapper bekend geworden als voorman van de “Vrijdenkerij”. In Amsterdam was hij een van de initiatiefnemers voor de Volksuniversiteit. Volksverheffing was een van de rode draden in Leo Polaks leven.

Leo Polak zag de mens als kaartspeler, die het moet doen met de kaarten die het lot hem toebedeelt, waarbij de verdeling nogal ongelijk is. “Dat is noodlot, diep onrechtvaardige fataliteit, die wij hebben te corrigeren, zover menselijk willen en kunnen daartegen niet machteloos staat.” Strijden tegen “noodlot en slechtheid” was de morele opdracht voor elk weldenkend mens: het zichzelf en anderen uittillen boven de ogenschijnlijke onvermijdelijkheid van onrechtvaardigheid in het menselijk bestaan. Gewoon je best doen. ‘Alleen wie dat gedaan heeft, met z’n geringe of zijn machtige vermogens, die is moreel verantwoord –die is zijn vrijheid waard en waardig geweest.’

Na zijn schorsing van de universiteit Groningen in november 1940 wegens zijn joodse afkomst – hij beleed niet het Joodse geloof- schreef hij een protestbrief terug waarin hij sprak over de bezetters als vijanden. Rector Kapteyn gaf het schrijven door aan de Sicherheitsdienst. Waarschijnlijk is ook de onverbloemd opstandige houding van Leo Polak ten aanzien van de Duitse bezetter, reden voor deze laatste geweest hem 15 feb. 1941 te arresteren. Leo Polak werd 7 mei gedeporteerd  en overleed 9 december 1941 op 61 jarige leeftijd in het concentratiekamp Sachsenhausen bij Berlijn.

Zijn niet Joodse vrouw Henriette Polak-Schwartz en zijn drie dochters moesten het huis aan de Goeman Borgesiuslaan 38 uit en in het huis zijn in de oorlog Duitsers gelegerd geweest. Zijn middelste dochter Jetteke is overleden in Auschwitz op 11 november 1942 (zie onderstaand). Zijn vrouw en twee andere dochters hebben de oorlog wel weten te overleven. Dat gold niet voor tientallen andere medewerkers en studenten van de Universiteit. In de hal van het Academiegebouw hangen twee plakkaten met de namen van slachtoffers.

Het gezin Polak leefde in het rechtergedeelte van de  twee onder een kapwoning (met witte kozijnen) van 1929 tot februari 1941.

 

 

 

 

 

3. Jetteke Polak († 20jr)

Jetteke (“Henriëtte”) Polak ging in 1940 op haar 18e Geneeskunde studeren in Groningen en werd actief in het studentenleven bij Magna Pete  (nu” Vindicat”)  en de Nederlandse Zionisten studenten organisatie.  13 feb 1941 verbood de Duitse bezetter de Joodse studenten verder te studeren. Zij protesteerde hiertegen en zette zich in voor een boycot van de oratie van een nieuwe Duitse hoogleraar die in de plaats kwam van haar vader. De oratie werd geboycot door vrijwel alle hoogleraren en de studentenverenigingen. Als represaille arresteerden de Duitsers haar en 5 (oud)studenten.  Henriette werd naar vrouwenconcentratiekamp Ravensbruck  bij Berlijn getransporteerd en later naar Auschwitz waar ze op 11 nov. 1942 werd vergast. De 5 mannen gingen naar Kamp Amersfoort: 4 overleefden, 1 werd vermoord in Neuengamme. Bron: Academische struikelsteen/ Mineke Bosch, 4 mei 1922

 

4. Jan Willem Tunderman († 39 jr.)

Jan Willem Tunderman woonde samen met zijn vrouw Jeanne aan de Helperbrink 23a.  Hij was een populaire prediker in de Gereformeerde kerk aan de Coendersweg 13 (naast Zernikecollege). In zijn preken voor en tijdens de oorlog sprak hij zich uit tegen het Nazisme. Dit werd gemeld door J. van der Werf, een NSB-er uit Helpman, die daarvoor allerlei kerkdiensten bezocht. 10 Januari 1942 is Tunderman gearresteerd door de Gestapo (Geheime Staatspolizei). Tunderman werd gevangengezet in wat nu de Van Mesdagkliniek is. In april overgebracht naar Kamp Amersfoort en 4 juni via Essen en Wurzburg naar concentratiekamp Dachau.

In Dachau werden medische experimenten uitgevoerd op hem. Reichsführer-SS Heinrich Himmler, een verklaard tegenstander van de chemisch-farmaceutische industrie (reguliere geneeskunde), gebruikte zijn machtspositie om revolutionaire ontwikkelingen tegen te houden en de vergeten volksgeneeskunde weer tot leven te wekken. Zijn arts zei daar later over: ‘Er was een bepaalde groep in het Derde Rijk, mensen als Himmler en Hess, die uitgesproken van mening waren, dat op deze vermoeide burgerlijke grond niets nieuws en actiefs meer zou kunnen ontstaan. En men moest daarnaast nieuwe wegen zoeken met de steun van jonge, miskende talenten. … Himmler … was een aanhanger van een wild geworden, verkeerd begrepen oudheid. Terwijl de hele moderne ontwikkeling enkel specialistendom is, aparte vakken, aparte faculteiten, had hij de voorstelling van de Universitas. En dat was deze vriendenkring en het militair-geneeskundig instituut en Ahnenerbe – ik weet totaal niet hoe dat allemaal heette – en hierin zaten natuurkundigen, artsen en natuurgenezers en van alles. En hieruit haalde hij betrekkelijk veel goeds en ook heel veel slechts.

De theorie was dat ziekten op een stoornis van de weefselzouten in de lichaamscellen berusten. De ontbrekende zouten in homeopathische verdunning toedienen zou genezing bewerkstelligen, ook van virale en bacteriële infecties. https://skepsis.nl/dodelijke-experimenten/

De experimenten op 40 mensen waaronder Tunderman hielden in dat zij pus van etterende wonden van zieken mensen ingebracht kregen in de open wonden die zij al hadden als gevolg van gebrek aan voedsel en ellendige leefomstandigheden. Zij kregen hierna om de 5 minuten ! -ook ’s nachts- zouttabletten die volgens een nieuwe theorie de balans in het lichaam zou moeten herstellen.

Wim Tunderman overleefde dit medisch experiment niet en stierf zaterdag 26 december 1942.

De “Tunderman-arts” Schulz werd na de oorlog tot 10 jaar veroordeeld.

Dachau was een concentratiekamp van de SS, gelegen bij de Zuid-Duitse stad Dachau. Het was onafgebroken in gebruik van 22 maart 1933 tot aan de bevrijding door Amerikaanse troepen op 29 april 1945. In Dachau hebben 206.000 personen van vele nationaliteiten gevangen gezeten, politieke gevangenen, verzetsmensen, Joden, Sinti en Roma, homoseksuelen en misdadigers, waarvan er zeker 41.500 stierven. Er hebben 1935 Nederlandse mannen en 200 Nederlandse vrouwen gevangengezeten.  Het “Gedenkbuch für die Toten des Konzentrationslager Dachau” bevat een lijst van alle dodelijke slachtoffers van kamp Dachau en de verschillende subkampen: 33.205 namen zijn in het boek zijn opgenomen. Van elk slachtoffer zijn volgende gegevens opgenomen: naam, beroep, nationaliteit, geboortedatum en -plaats, woonplaats en overlijdensdatum. Van een achtduizendtal slachtoffers zijn er  geen namen beschikbaar.

Ter herdenking: op de Zuiderbegraafplaats te Groningen, graf 3, vak D, nr. 89 ligt zijn vrouw Bastiaantje “Jeanne”Kurpershoek met een grafzerk waarop ook Wim Tunderman wordt herdacht.

In “Erelijst der gevallenen”, “Oorlogsgravenstichting”, “Verzetsbetrokkenen Groningen” is informatie te vinden over Jan Willem Tunderman. Bron: Neerlandschverzetsmonument.

5. Frederik Legger  († 27jr)

Frederik Legger werd geboren in Groningen op 10 september 1917, als zoon van Herman Frederik Legger en Jansina Avina Koetse. Hij was getrouwd met Cornelia (Corrie) Birza en kreeg een dochter genaamd Tineke en woonde Helperbrink 49b. Legger was doopsgezind en van beroep inspecteur van een levensverzekeringsmaatschappij. Legger, schuilnaam Fré, maakte deel uit van L.O. ( Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers was tussen medio 1942 en mei 1945 een Nederlandse verzetsbeweging) en K.P  (knokploeg: zij overvielen distributiekantoren, gevangenissen en vernietigden bevolkingsadministraties) en was districtshoofd van het N.S.F. (Nationaal Steun Fonds: bank voor het verzet). Op 18 oktober 1944 werd hij aangehouden (o.a. door Abraham Kaper). De SD wachtte hem en andere verzetsmannen op aan de Parkstraat 111 in Groningen, waar een vergadering over de vorming van de B.S. op provinciaal niveau zou worden gehouden. Tijdens verhoren liet hij niets los en werd hij extreem zwaar mishandeld. Ten gevolge hiervan raakte hij bewusteloos en was hij dagenlang nagenoeg niet bij kennis.

Legger werd op 6 november 1944 met een klein overvalwagentje van de Grüne Polizei, zwaar gewond en buiten kennis overgebracht naar Bonhagen (bij Norg 20 km van Groningen). Nabij het Stokersbosje werd hij, gewikkeld in een deken, een vers geploegde akker opgetild door Helmuth Johann Schäper en Klaas Carel Faber. Daar hebben zij hem doodgeschoten en begraven. Fré stierf op 27-jarige leeftijd. De twee SD-ers kwamen na hun daad hun handen wassen bij de woning van Eleveld, die geen idee had van wat de mannen zojuist gedaan hadden. Pas op 13 augustus 1945 werd het veldgraf van Legger bij toeval door een gravende hond ontdekt. Op 17 augustus 1945 werd Legger herbegraven op de begraafplaats Esserveld te Groningen (Houten grafzerk oostkant Esserveld). In Groningen werd de F. Leggerstraat naar hem vernoemd en postuum werd Legger het verzetsherdenkingskruis toegekend.

6. Boris Kahn († 31jr)

Woonde met zijn vrouw en dochtertje aan de Coendersweg 4/2

Geboren 7 oktober 1911 nabij Geneve. Zijn ouders waren afkomstig uit Rusland en verhuisden toen Boris nog jong was naar Arnhem. Daar deed hij examen HBS (nu VWO) in 1928. Hij schreef zich in als student bij Natuurkunde Universiteit Utrecht. In 1934 studeerde hij af en promoveerde cum laude in 1938 en schreef een belangrijk artikel in een wetenschappelijk tijdschrift. In 1939 verhuisde Boris Kahn met zijn pas gehuwde vrouw naar Groningen om zijn baan bij de faculteit Natuurkunde van de RUG. In september speelde hij samen met de medicus Meijer Stern klassieke muziek bij de rectoraatsoverdracht waar de nazigezinde J.M.N. Kapteyn in functie kwam (!). In september werd ook hun dochter Thamar geboren. In 1940 werd hij vanwege zijn “Joodszijn” op non-actief gesteld en in 1941 gedwongen naar Amsterdam te verhuizen. Vanuit de faculteit is nog geprobeerd hem voor deportatie te behoeden, maar vergeefs: eerst is hij gevangengezet in Westerbork tot 20 juli 1942 en vandaar afgevoerd  naar Sobibor gebracht, waar hij op 23 juli 1943 werd vermoord op 31-jarige leeftijd. Bronnen: Academische struikelsteen/ Mineke Bosch, 4 mei 1922 en www.oorlogsbronnen.nl

7. Tina Hartog († 17 jr)

Geboren in Groningen op 13 september 1925  Overleden in Sobibor, 28 mei 1943. Tina bereikte de leeftijd van 17 jaar. Tina leefde met haar ouders en zus aan de Troelstralaan 47

Sobibor in het uiterste oosten van Polen, bestond van april 1942 tot november 1943. Er zijn 169.800 mensen in het kamp vermoord, voornamelijk Joden, maar ook Roma en niet-Joodse Polen. Andere bronnen spreken van 150.000 tot 250.000 doden.[2] Er werden ten minste 34.295 Nederlandse Joden vermoord.[1] Sobibor was geen werkkamp, het enige doel was de gevangenen na aankomst in Sobibór zo snel mogelijk te vermoorden. De meesten die er aankwamen, stierven nog dezelfde dag.

 

 

8. Sallij Hartog (†  51 jr) 

Sallij (Borculo, 21 -9-1891) woonde met zijn vrouw en twee dochters aan de Troelstralaan 47. Werkte als procuratiehouder (sloot contracten af voor bedrijven). Vermoord in Sobibor net als zijn dochter Tina. Zijn vrouw Rientje de Haan (overleden 5 jan 1993)

en andere dochter Mathilde (gestorven  26 april 2012) overleefden de oorlog wel. Dat was niet het geval voor zijn twee broers en vier zussen, welke ook in concentratiekampen zijn vermoord.

 

 

 

9. Otto Cornelius Tichelaar († 26jr))

Otto is op 4 december 1918 geboren in Beilen en zat in het verzet.  Toen hij gearresteerd werd op 13 november 1944 woonde hij aan de Helperbrink 15a. Tot 16 januari 1945 zat Otto Cornelius Tichelaar gevangen in Groningen. Vanuit hier is hij afgevoerd naar Neuengamme (vlak onder Hamburg) waar hij op 18 januari aankwam en 15 dagen later werd vermoord op 26 jarige leeftijd (2 februari 1945). In Neuengamme hebben ongeveer 106.000 personen gezeten, krijgsgevangenen, gijzelaars, verzetsmensen, Joden, Sinti en Roma, homoseksuelen en Jehova’s getuigen, waarvan er meer dan 42.900 om het leven kwamen.

10. Gerrit Spaans († 27jr)

Gerrit Spaans (4 juni 1917) werd in oktober 1944 samen met honderden andere Groningers verplicht tewerkgesteld bij graafwerkzaamheden in het Stadspark in Groningen. Er werd daar een antitankgracht aangelegd. Gerrit was voorman. Op vrijdag 17 november onttrokken zich twee arbeiders, Israël Muller en Jan Meelker van het werk. Meelker wilde even familie in Peize bezoeken. Zij werden echter  aangehouden door Landwachters. Muller weigerde zijn persoonsbewijs te laten zien, omdat hij joods was. De beide mannen werden ingesloten en door de Landwachters overgedragen aan de Duitse militairen. Muller werd daarna zwaar mishandeld en gevangenen gezet. Meelker kreeg een lichte straf en werd weer vrijgelaten. Muller heeft tot aan de bevrijding in gevangenschap geleefd, de laatste weken in kamp Westerbork. Hij overleefde de oorlog. Gerrit Spaans probeerde te voorkomen dat Muller en Meelker ontdekt zouden worden door hun arbeidskaarten, die elke dag geteld werden, mee te nemen naar huis. Tevergeefs. Een dag later werd hij gearresteerd en ondergebracht in de kelder van de HBS (Nu Zernikecollege)  aan de Helperbrink. Deze school was gevorderd door de Organisation Todt. In de kelder werd Spaans onder toeziend oog van mede-gevangenen meermaals in het gezicht geslagen door een Duitse militair. Spaans bleef de Duitser echter minachtend aankijken . ’s Avonds 22u, 18 nov 1944, werd  Gerrit op 27 jarige leeftijd bij de ingang van de school gefusilleerd waarna zijn lichaam als afschrikwekkend voorbeeld op de hoek Helperbrink-Coendersweg werd gelegd. Hij lag op zijn rug met een stok tussen de knieën geklemd waarop een bord met de tekst “ik heb geweigerd graafwerk te verrichten”. Een dag later, op zondag 19 november, mocht zijn lichaam worden weggehaald. Hij liet een vrouw Geesina Hoeksema  en drie jonge kinderen na. In de school is een plaquette ter nagedachtenis opgehangen. Bronnen: www.oorlogsgravenstichting.nl  / Erik Dijkstra  en https://spittenvoordevijand.ferline.nl/wp/

11. Johannes van der Poel († 24jr)

Woonde op het moment van zijn arrestatie vanwege verzetsdaden  aan de Savornin Lohmanlaan 32. Een paar dagen voor zijn 25e verjaardag is Johannes (tweede naam Marinus) in Kamp Vught vermoord op 22 augustus 1944.

Johannes was geboren in Boxmeer op 25 augustus 1920 en is voor zijn studie  naar Groningen gekomen.  Johannes is tijdens de oorlog lid van een Groningse verzetsgroep, onder leiding van Hessel van der Zee. De K-groep houdt zich voornamelijk bezig met het verbergen van joden en het frauderen met bonkaarten voor levensmiddelen.  Na verraad door een student is de gehele groep opgepakt. Johannes is op 2 juni 1944 door de Duitsers gearresteerd en naar Vught gebracht.

Bronnen: Nationaal monument kamp Vught www.nmkampvught.nl  Sterbebuch 1944 Het Grote Gebod dl.1, blz. 149/152

Stolpersteine/ Struikelsteen

Op vele plekken in de stad waar een oorlogsslachtoffer woonde ten tijde van de arrestatie zijn ter herinnering deze stenen in de stoep aangebracht.

 

 

 

12. Siemon Jacobs († 65 jr) en Bella Jacobs Stein († 64jr)

Woonden op het moment van hun arrestatie aan de Van Houtenlaan 26b. Siemon is in Groningen geboren op 15 november 1878  en is Koopman.  Bella is geboren in Offenburg 11 november 1879.  Ze zijn getrouwd en ruim in de zestig als ze in juni 1942, worden opgepakt en gevangen gezet.   Siemon en Bella Jacobs zitten eerst gevangen in Kamp Westerbork. Op 5 april 1944 worden ze in twee dagen getransporteerd naar Theresiënstadt. Vervolgens op 8 mei naar Auschwitz (Polen) gebracht, waar ze op 1 juli 1944 worden vermoord.  Hij 65 jaar en zij 64. Auschwitz was van mei 1940 tot de bevrijding door Russische troepen op 27 januari 1945 een concentratiekamp nabij de Poolse stad Auschwitz (Pools: Oświęcim). Het was het grootste van alle Duitse concentratiekampen en bestond uit Auschwitz I (basiskamp), Auschwitz II-Birkenau (vernietigingskamp), Auschwitz III-Monowitz (werkkamp) en een aantal subkampen. Naar Auschwitz werden ongeveer 1,3 miljoen mensen, voornamelijk Joden, gedeporteerd waarvan ongeveer 1,1 miljoen vermoord werden, een groot deel door vergassing.

14. Joseph Elias van Hasselt (†68jr)

Iemand die veel heeft betekend voor Helpman en Groningen: geboren in Groningen 1874, eigenaar van een enorme textielfabriek (1908 gebouwd en 1916 uitgebreid) welke lag tussen Helperweststraat, Verlengde Hereweg en Van Iddekingeweg met ruim 200 mensen personeel.  Hij was zeer begaan met zijn personeel en was op tal van manieren sociaal actief, zoals:  mede oprichter van het Stadspark, president-commissaris van het Helperbad, medeoprichter en bestuurslid van de Montessorischool, penningmeester van vereniging De Harmonie, commissaris van de Middenstandsbank (nu ING) steunde het Roode Kruis,  bestuurder Biljartvereniging, gaf prijzen voor wedstrijden (wielrennen, voetbal, mooiste etalage etc.) en schonk in 1923 aan de bewoners van Helpman een klok ( hoek Helperbrink Verlengde Hereweg, klok is de Van Hasseltklok gaan heten). Voor zijn “mooie en goede werk aan Helpman” is hij geridderd in de orde van Oranje Nassau op 2 aug. 2029. Van Hasselt heeft de bijzondere woning, nu rijksmonument,  aan de Verlengde Hereweg 33 laten bouwen.  Joseph van Hasselt is vanwege zijn Joodszijn door de Duitse bezetters op een zondagnacht in oktober 1942 gevangen genomen (naar gerucht:  op aansporing van Nederlanders DvhN 30-10-1947) en op 68 jarige leeftijd op 2 november 1942 in Auschwitz (Polen) vermoord, tezamen met 1,1 miljoen andere slachtoffers van de Nazi-ideologie. Zijn vrouw, E.J. van Hasselt-Ebberlee, maatschappelijk ook zeer aktief, was niet Joods en heeft nog tot vlak voor haar dood in 1965 in Groningen gewoond. Bronnen: www.Delpher.nl , Instituut voor Sociale Geschiedenis, Helperbel -J. Rasterman 2016

 

Geallieerde militairen

Ver tot zeer ver van huis liggen op Begraafplaats Esserveld  16 vliegers begraven.

Eén vliegtuig, type Blenheim, crashte op 13 maart 1941 westelijk van Groningen bij Tolbert na geraakt te zijn door een Duits gevechtsvliegtuig. De bemanning verloor daarbij het leven. Aan boord zaten de Britse jongemannen J. Bimson (?jr), John Dickinson (?jr), Charles Fry (29jr), S.Jones (26 jr), Robert Mower (?jr),

13 maart 1941 vertrok ook de bemanning van een  Wellington vliegtuig om  20.00u van hun basis  Stradishall, Suffolk in Wellington. Hun doel was Hamburg. Op weg naar hun doel werden ook zij  om 23.00u aangevallen door het zelfde Duitse gevechtsvliegtuig. Zij werden geraakt toen zij over Jipsinghuizen vlogen. Het brandende vliegtuig stortte neer aan de oostkant van de weg Vlagtwedde –Ter Apel.
Alleen  Douglas Waters overleefde doordat zijn val werd gebroken door een boom. Hij werd gevangen genomen. De rest van de bemanning werd samen met de overledenen van de Blenheim begraven op het Esserveld. In de Wellinton zaten:

Naam Geboren te Leeftijd Nationaliteit
George  Daniël dorpje bij Nottingham Brits
Alexander  Elder Bramblety bij East Grinstead in Sussex 19 jr Brits
John La BosseeTomkinson 22 jr Nieuw Zeeland

18000km hiervandaan

Victor Bagley 21 jr U.K.
Sol Glazer 29 jr Nieuw Zeeland

83 jaar na dato bezochten in maart 2024 drie dochters van de zus van Alexander zijn graf en legden liefdevol een half-edelsteen op zijn graf en een foto van hem:

Een derde vliegtuig waarvan de inzittenden hier verongelukten crashte op 8 april 1941. De inzittenden waren:

Naam   Overlijden    Leeftijd Nationaliteit
C. Jones   8 april 1941      33 jaar U.K. vrijwilliger Rhodesië 9000km hiervandaan
Ronald Mc C.  Carrapiett    8 april 1941       21 jaar Brits
G. Maclean    8 april 1941            ? Brits
R. Eccles    16 mei 1941       22 jaar Nieuw Zeeland
A.C. Wroath    8 april 1941       31 jaar Brits
A.J. White    8 april 1941       23 jaar Brits

Er zijn 5000 a 6000 vliegtuigen in WOII in Nederland neergestort. Een deel zit nog in de grond of bodem  IJsselmeer/Waddenzee. 1085 vliegers zijn nog vermist. In de omgeving van Groningen moeten er wrakken liggen in Bedum, Norg, Oostwold.

Oorlogsmonument Esserveld

Sculptuur van een uit een urn verrijzende vrouwenfiguur, die het uit de dood oprijzende leven symboliseert. Op het monument staan de namen van 43 verzetsstrijders .

Op 2 november 1945 Allerzielen – werden op deze plek  na afloop van een grote en druk bezochte herdenkingsplechtigheid in de Martinikerk, symbolisch de stoffelijke resten herbegraven van 23 bekende en 12 onbekende verzetsmensen. De toenmalige burgemeester van Groningen, Cort van der Linden (1893-1969), zei in zijn toespraak daarbij in het graf een symbool te zien van de offers door strijdend Nederland gebracht en nam namens de gemeente de zorg voor de tombe, die zal worden opgericht op zich. Het voormalige illegale dagblad Trouw bracht die dag een speciaal rouwnummer uit, waarvan de opbrengst ten goede kwam aan de bekostiging van een te plaatsen gedenkteken en waarin abonnees werden opgeroepen daarvoor geld te schenken. Anderhalve week later legde Prinses Juliana tijdens een bezoek aan Groningen een krans bij het graf, op 29 november gevolgd door haar moeder Koningin Wilhelmina.

De Vereeniging van Groningsche Oud-illegale Werkers (GOIW), die zich met de totstandkoming van het monument had belast, koos uit verschillende ontwerpen dat van Willem Valk, omdat diens ontwerp in soberheid het best uitdrukte, wat men voelde. De kosten van de oprichting van het gedenkteken werden geraamd op 13.000 gulden. In april 1947 had de GOIW daarvan ƒ 2434,64 bijeen weten te brengen, mede dankzij Trouw en familieleden van de verzetslieden. Voor de resterende ƒ 10.565,36 deed het provinciaal bestuur van de GOIW een beroep op de gemeente die akkoord ging..

Onthulling Het monument op het Esserveld werd op 4 mei 1948 onthuld. Bij de plechtigheid waren onder anderen de toenmalige Commissaris der Koningin Edzo Ebels (1889-1970), burgemeester Cort van der Linden, een drietal wethouders, twee hoge militairen, de voorzitter van de GOIW M.A.J. Jansma (1888-1959) en nabestaanden van de verzetsstrijders aanwezig.

In februari 1951 werden, deze keer in alle stilte, urnen met de as van nog negen in Westerbork gefusilleerde verzetsstrijders in het monument bijgezet.

Zoals bij veel Tweede Wereldoorlogsmonumenten worden ook bij het gedenkteken op het Esserveld ieder jaar op 4 mei (Nationale Dodenherdenking) bloemen gelegd.

De geëerde verzetsstrijders  Op de gedenkstenen van het monument zijn de verzetsstrijders vermeld die in het najaar van 1944 in Westerbork zijn gefusilleerd . De meesten waren afkomstig uit de provincies Groningen en Drenthe. Afgezien van hen zijn er tal van andere Groningse verzetsstrijders (aantal ??) welke gedood zijn door de Duitse bezetter en NSB’ers. De lijst met namen, leeftijd, beroep en rol in het verzet staat hier.

B. Nooit meer oorlog! Maar hoe?

grote uitdaging voor de mensheid is om te komen tot een vreedzaam samenleven. Hoe gepast/gerechtigd  geweld soms ook lijkt, het is geen oplossing:  een tijdelijke overwinning blijkt – vroeg of (eeuwen-)laat- weer aanleiding voor de “verliezende partij” om “gerechtigd” wraak te nemen / hun oude macht weer te herstellen.  Geweld ontstaat als gevolg van misverstanden, al dan niet terechte angst, uiteenlopende belangen. Het lijkt mij dat we in de maatschappij meer moeten investeren om conflicten vreedzaam op te lossen, via basisscholen (www.devreedzameschool.nlVredesinformatiecentrum Groningen ), via mediators in de maatschappij,  via wetenschap -conflictstudies- trachten daarvoor werkvormen te ontwikkelen, via recht en (internationale) instituties de vorming van vreedzame oplossingen te ondersteunen. Veel geweld – zo niet alle- kan voorkomen worden door praten, luisteren en elkaar niet te dehumaniseren.

Een uitstekend artikel over geweldloosheid:  https://kerkenvrede.nl/file/kerkenvrede/d41f53885c58058a0001622a14027bb8/.

Gandhi

In artikel 90 van de Grondwet staat ” De regering bevordert de ontwikkeling van de internationale rechtsorde.’ Volgens staatsrechtdeskundigen betekent dat dat de regering verplicht is te werken aan een vreedzame oplossing van conflicten tussen staten. ” Sinds het begin van de Oekraïne-oorlog wordt echter schijnbaar alleen gesproken over het al dan niet leveren van zwaardere wapens en escaleert de oorlog steeds verder. Waar stopt het? bij het gebruik van “strategische” kernwapens? Waar zijn de inspanningen van onze Nederlandse regering om Internationaalrecht te handhaven in het het Israël-Palestinaconflict?  Zijn de woorden tav mensenrechten hol -gebruiken we ze als het ons goed uitkomt- of zijn wij bereid daar een inspanning voor te leveren en een prijs voor te betalen?

Informatie over de vredesbeweging in Nederland in het Vredesmagazine

C. Gedicht

Ik hoop dat je nooit hoeft te vluchten

Voor regimes die misdadig zijn

Ik hoop dat je nooit hoeft te schreeuwen

Van angst of van honger of pijn

Ik hoop dat je nooit hoeft te kijken

Als je dochter brutaal wordt verkracht

Ik hoop dat je nooit hoeft te zwijgen

Omdat je slechts zei wat je dacht

Ik hoop dat je nooit wordt getreiterd

Omdat je iets anders gelooft

Ik hoop dat je nooit hoeft te huilen

Als alles is weg geroofd

Ik hoop dat je nooit hoeft te zien

Als je land voor je ogen verbrandt

Ik hoop dat je nooit hoeft te smeken

Om asiel in een veilig land

 

Maar stel dat het ooit zou gebeuren

Dan hoop ik voor jou en voor mij

Op een land dat ons zal omarmen

En zegt: Kom maar hier, je bent vrij!

 

Door: Rina Griffioen